Kennisportal
Kennisportal is een kennisplatform met een focus op de brede doelgroep Business en IT.

Pijnlijke kloof tussen opleiding en functies van de toekomst

Welke rol heeft het bedrijfsleven in het opleiden voor de vaardigheden van de toekomst?

Het onderwijs, een van de pijlers van onze samenleving en onze economie, heeft het moeilijk. En de uitdagingen van de sector gaan verder dan de recente discussies over het tekort aan leerkrachten, de roep om hogere salarissen en vermindering van de werkdruk. Ze gaan ook over de inhoud van het curriculum. Het onderwijs zal zich op alle fronten versneld moeten ontwikkelen om leerlingen en studenten klaar te stomen voor een digitale toekomst. Daar is een transformatie voor nodig die de onderwijssector niet in één keer, én niet alléén kan doorlopen. Het bedrijfsleven kan en wil hierbij een rol spelen.

Pijnlijke kloof tussen opleiding en functies van de toekomst

Het lesprogramma op Nederlandse scholen is de afgelopen 13 jaar niet noemenswaardig veranderd. Een beangstigende gedachte als je ziet hoe de wereld buiten de klas, zeker als je kijkt naar de arbeidsmarkt, in alle opzichten niet meer dezelfde is als toen. Deze discrepantie zorgt voor een (groeiende) kloof tussen vraag en aanbod van arbeid. Het World Economic Forum (WEF) voorspelde in 2017 in dat automatisering en Artificial Intelligence mogelijk 75 miljoen banen overbodig maakt, maar dat tegelijkertijd 133 miljoen nieuwe ontstaan. Bedrijven nemen de samenwerking tussen mens en machine opnieuw onder de loep en creëren zo een fascinerende nieuwe arbeidsmarkt met functies als AI- en Machine Learning Specialist, Process Automation Expert en Human-Machine Interaction Designer. Een interessant vooruitzicht, maar de realiteit is dat het onderwijs niet snel genoeg mee verandert om in staat te zijn om mensen op te leiden met de juiste skills voor deze banen. En dat is niet alleen een probleem voor de verre toekomst. We gaan de pijn nu al voelen. De Europese Commissie schat dat in 2020 alleen al de Europese ICT-sector niet minder dan 756,000 vacatures telt die de bedrijven niet kunnen invullen.

Nederland economische hoogvlieger, maar achterblijver op IT-gebied

Datzelfde WEF publiceerde onlangs zijn jaarlijkse Global Competitiveness Report en Nederland werd beoordeeld als de meest concurrerende markt in Europa en nummer vier op de wereldranglijst. Dat is goed nieuws, maar in de beoordeling van het “innovatievermogen” staat Nederland slechts op nummer 10 van de lijst. En op het gebied van “toepassing van IT” staan we zelfs nog lager, op nummer 24. Voor mij is duidelijk dat de discrepantie tussen onze huidige concurrentiekracht en ons vermogen om te innoveren deels te maken heeft met het feit dat leerlingen te lang een verouderd studieprogramma volgen.

Onverantwoord om toe te kijken

We lopen dus het risico dat we onze kinderen niet de vaardigheden leren voor de banen van morgen. Als ouder, als Nederlander en als vertegenwoordiger van een bedrijf dat kan helpen aan een oplossing voor dit probleem, vind ik het onverantwoord om aan de zijlijn te staan en toe te kijken. Ik zeg hier niets nieuws. Deze fundamentele uitdaging is al jaren onderwerp van debat in klaslokalen, de politiek en, inderdaad, de board rooms van bedrijven, die steeds meer moeite hebben om gekwalificeerd personeel te vinden om te innoveren en internationale concurrentie bij te benen. Wat ontbreekt is de durf om vernieuwing en verandering te omarmen. Durf om met alle betrokken partijen, waaronder technologiebedrijven, samen te werken om het onderwijs – op alle niveaus – op een geheel nieuwe manier te benaderen. Durf om toe te geven dat er in de huidige tijd niemand is die alles weet en dat samenwerking de enige manier is om onze maatschappij de innovatie- en concurrentiekracht te geven waarmee we structureel bij de top van de wereld behoren.

Actie leidt tot meetbare resultaten

We kunnen niet langer wachten om vernieuwing in het onderwijs door te voeren. Maar dit traject is van de lange adem. Zeker politiek gezien. Er ligt nu een voorstel voor het vernieuwen van lescurriculum te wachten op behandeling in het kabinet. Zelfs als het door de Tweede Kamer komt, duurt het nog op zijn minst tot 2025 voordat leerlingen met dit nieuwe curriculum daadwerkelijk in de klas aan de slag gaan. Dat duurt te lang, want dit betekent dat er tussen nu en 2025 zo’n 1,5 miljoen leerlingen de arbeidsmarkt betreden zonder de benodigde digitale kennis en vaardigheden

Dit vinden wij geen optie. Daarom zijn we bij Microsoft al meer dan 4 jaar bezig met de onafhankelijke stichting FutureNL om schoolbesturen, leerkrachten en leerlingen digitaal vaardig te maken zodat zij een vanzelfsprekende interactie met technologie ontwikkelen en later maximaal kunnen functioneren in een digitale wereld.

Ik ben trots op deze langdurige samenwerking en ook dit jaar hebben wij FutureNL weer kunnen ondersteunen met een cash grant van 125.000 dollar waarmee ze een e-platform voor leerkrachten hebben ontwikkeld ter ondersteuning van het doceren van digitale vaardigheden. Deze week, in de Week van de Mediawijsheid, is dit platform officieel gelanceerd en is het doel om alleen al dit jaar 20.000 leerkrachten te trainen.

Technologie ondersteunt mensen, niet andersom

In de media is recentelijk de rol van technologiebedrijven in twijfel getrokken. De suggestie is gewekt dat bedrijven de rol van de leerkracht ondermijnen. Dat is een misverstand. Technologie moet bestaan om mensen te ondersteunen, niet andersom. Bij Microsoft richten wij ons op het creëren van technologische oplossingen die mensen, inclusief leerkrachten, helpen om hun doelen te bereiken. Het doel dat Edison had toen hij een gloeilamp ontwikkelde was om de straten veiliger te maken, het doel was niet de gloeilamp zelf. We moeten niet bang zijn om technologie toe te passen om doelen in het onderwijs te bereiken. We moeten eerder bang zijn voor het gebrek aan capaciteit dat we hebben om technologie toe te passen op het toenemende aantal mogelijkheden en uitdagingen die we als land, maar ook als wereldbevolking, hebben.

Waar trekken we de grens? Leerkrachten zijn en blijven het fundament voor de toekomst van onze kinderen. Hun rol is onmisbaar. Geen enkel bedrijf zou op zijn of haar stoel moeten willen zitten. Maar leerkrachten verdienen steun in het aanpassen van hun werk aan de continu en steeds sneller veranderende eisen van de omgeving. Daar kan het bedrijfsleven, en technologiebedrijven in het bijzonder, veel waarde toevoegen.

Ernst-Jan Stigter
Directeur Microsoft Nederland en voorzitter NLdigital